
Er zijn handen
die vlechten als klimop
rond een hart dat vrij wil dwalen.
Er is een huis in mij
met open ramen
en deuren die niet op slot willen,
maar waarin toch
een zachte schaduw wacht
op voetstappen die blijven.
Ik zoek niet,
want liefde laat zich niet vinden,
ze kruist je pad
als een onbekende reiziger
die zijn eigen kompas draagt
en mijn horizon niet verkleint.
Hechten is een sluier
die langzaam over de mond glijdt,
tot de adem fluistert:
laat los,
laat stromen.
En toch...
in de mist van het onbekende
glinstert soms
een glimp van echte liefde,
als een verre vuurtoren
die mijn schip niet roept
maar toch mijn ogen vangt.
Reactie plaatsen
Reacties